![]() |
site in:
![]() ![]() |
|||
![]() |
![]() Kafka - Schakale und Araber 5
![]() ![]() |
![]() |
![]() ![]() ![]() FRANZ KAFKAKAFKA - JAKHALZEN EN ARABERARABIEREN Wir Wij lagertenkampeerden inin derde Oaseoase . DieDe Gefährtenmetgezellen schliefensliepen . Eineen AraberArabier , hochgroot unden weißblank , kamkwam anaan () mirmij vorübervoorbij ; erhij hattehad diede Kamelekamelen versorgtverzorgd unden gingging zumnaar de Schlafplatzslaap plaats . IchIk warfwierp michmijzelf rücklingsrugwaarts insin het Grasgras ; ichIk wolltewilde schlafenslapen ; ichIk konntekon (het) nichtniet ; dashet Klagegeheulgehuil einesvan een Schakalsjakhals inin derde Ferneverte ; ichIk saßzat wiederopnieuw aufrechtrechtop . UndEn waswat sozo weitver gewesengeweest warwas , warwas plötzlichplotseling nahdichtbij . EinEen Gewimmelzwerm vonvan Schakalenjakhalzen umom michmij herheen ; inin (als) mattemmat Goldgoud erglänzendeschitterende , verlöschendeuitdovende Augenogen ; schlankeslanke Leiberlichamen , wiealsof unteronder einereen Peitschezweep gesetzmäßigsystematisch unden flinkbehendig bewegtbewogen .![]() |